Wist je dat de eerste vrouwen die algemeen kiesrecht kregen in Europa 10 dappere Marchigiaanse leraressen waren? Alleen in Finland introduceerde men er kort daarvoor algemeen vrouwenkiesrecht, maar Finland behoorde destijds tot het Russische rijk en andere Europese landen volgden pas later, soms veel later.
Het hele gebeuren was een echte thriller, waarbij de hoofdrolspelers uit 9 onderwijzeressen uit Senigallia en 1 uit Montemarciano bestonden, die uiteindelijk in 1906 als enige Italiaanse vrouwen werden opgenomen in de algemene kiezerslijst.
Ons verhaal speelde zich af in de late 19e en vroege 20e eeuw, een heel bewogen tijd in Italië. Vrouwelijke leerkrachten waren nog zeldzaam en werden door hun medeburgers vaak met scepsis bekeken. In Engeland en de VS veroorzaakten “suffragettes”, vrouwen die o.a. vochten voor stemrecht, een sensatie.
De beroemde Marchigiaanse arts en schoolhervormster Maria Montessori uit Chiaravalle (aan wie we een apart artikel wijdden) riep in 1906 Italiaanse vrouwen op, om op de kiezerslijst te komen.
Maria Montessori – bron: Wikimedia Commons
Giulia Berna uit Senigallia, suffragette en voor haar tijd een zeer onafhankelijke vrouw, organiseerde toen een bijeenkomst waarop 9 andere onderwijzeressen uit het dorp samen met haar besloten om een dergelijke aanvraag in te dienen. Talrijke vrouwen in heel Italië volgden deze oproep. Slechts 11 Italiaanse regio’s aanvaardden het , doch hierna werden in 10 regio’s deze aanvragen afgewezen door de hoven van beroep .
Maar niet in Le Marche! Hier besloot de gerespecteerde voorzitter van het Hof van Beroep van Ancona, voormalig hoogleraar rechten en later minister van Justitie van Italië, Lodovico Mortara, de aanvragen toe te staan ondanks de krachtige tussenkomst van de koninklijke aanklager uit Rome.
Hoewel hij er persoonlijk tegen was, zag hij dat de wettelijke voorwaarden voor het stemrecht vervuld waren: ze behoorden volgens hem tot de “regnicoli“, oftewel inwoners van een koninkrijk; ze betaalden immers belasting, ze waren niet analfabeet en ze waren allemaal minstens 21 jaar oud, dus volgens de wet mochten alle “regnicoli” dezelfde burgerrechten en politieke rechten hebben, als ze er niet expliciet van uitgesloten waren. Zelfs als het vrouwen waren. Een schandaal!
Maria Montessori zegevierde en publiceerde in 1906 een liefdesverklaring aan “haar” Ancona in het dagblad “La Vita”.
O Ancona, più che le tue mura, il tuo porto, la tua leggenda, potrà darti gloria il passo politico che tu hai saputo muovere con genio. Tu hai conquistato la donna e la storia.O Ancona, meer dan uw muren, uw haven, uw legende, de politieke stap die u geniaal in gang wist te zetten, kan u glorie brengen. Je hebt de vrouw en de geschiedenis veroverd.
Uit: “Per il voto politico alle donne” van Maria Montessori, in de krant “La Vita” – 1906
Helaas duurde dit geen jaar, omdat het stemrecht in mei 1907 werd ingetrokken door het Romeinse Hof van Beroep. In de daaropvolgende decennia braken er sombere tijden aan met de Eerste en Tweede Wereldoorlog, totdat men uiteindelijk in 1946 in Italië het algemeen vrouwenkiesrecht invoerde en alle vrouwen in het land konden stemmen bij de eerste belangrijke naoorlogse verkiezingen.
Deze korte maar opmerkelijke overwinning van de 10 onderwijzeressen uit Senigallila / Montemarciano geraakte lang in de vergetelheid. De laatste jaren kwam het weer aan het licht, toen een professor in de Rechten en verschillende schrijvers historisch materiaal bewerkten.
In 2006, 100 jaar later, wijdde de gemeente Senigallia eindelijk een gedenkplaat aan de vrouwen waarop de namen van de dappere vrouwelijke pioniers te lezen zijn:
Carola Bacchi, Palmira Bagaioli, Giulia Berna, Adele Capobianchi, Giuseppina Grazioli, Iginia Matteucci, Emilia Simoncini, Enrica Tesei, Dina Tosoni (allen uit Senigallia) Luigia Mandolini Matteucci (uit Montemarciano)
Carola Bacchi, de jongste, was slechts 21 jaar oud en Iginia Matteucci was de oudste met 42. Ze werkten allemaal op scholen op het platteland rond Senigallia en Montemarciano. Meestal woonden ze in appartementen naast hun respectievelijke scholen zoals het toen gebruikelijk was. Vrouwelijke leraren werden destijds vaak onderbetaald en moesten – in tegenstelling tot hun mannelijke collega’s – lang wachten op een vaste aanstelling. Deze 10 vrouwen protesteerden regelmatig bij de autoriteiten en hun superieuren. Wie weet raakten ze hierdoor wel geïnteresseerd in het stemrecht, omdat, zoals Elke las, de meeste vrouwen eerder niet bijzonder politiek actief hadden mogen zijn.
De meesten van hen bleven lerares in het basisonderwijs in de buurt van Senigallia, met uitzondering van Enrica Tesei, die in 1910 naar Piemonte verhuisde. Giulia Berna, de initiatiefneemster, stierf in 1957 in het ziekenhuis van Ancona op 86-jarige leeftijd na een bewogen leven. Op de 60ste verjaardag van haar overlijden in 2017 kreeg ze in Ancona een eerbetoon in het bijzijn van haar verwanten.
Wanneer kregen de Belgische en Nederlandse vrouwen kiesrecht ? In Nederland gebeurde dat in 1919, de Belgische vrouwen moesten helaas langer wachten: in 1920 mochten ze meedoen aan de gemeenteraadsverkiezingen, in 1949 eindelijk het algemene stemrecht dat, tot op heden, meteen voor alle Belgen een kiesplicht werd .
0 reacties