Het was 18 november 1917. Die dag stormde het hevig aan de Adriatische kust. De dorpsbewoners uit het vissersdorpje Marotta zagen met lede ogen aan hoe het oorlogsschip van de Italiaanse marine Capellini de strijd tegen de barre omstandigheden verloor, het schip zou bij Falconara omslaan en slechts 4 bemanningsleden overleefden. Maar ze bemerkten ook een 2de oorlogsschip, de Faà di Bruno die ook wanhopig de woeste zee trachtte te trotseren.
Door de oorlog woonden in Marotta (tussen Fano en Senigallia) nog alleen bejaarden, vrouwen en kinderen, de mannen vochten immers allen aan het front in Noord-Italië. Het Italiaanse leger had net een zware nederlaag geleden in Caporetto en uit voorzorg verhuisde de marine zijn vloot van Venetië naar Ancona.
11 jonge meisjes hoorden het hulpgeroep en zagen de zwaaiende vlaggen, ze aarzelden niet langer, verzamelden allerlei proviand, water en medicijnen, sprongen in een roeiboot en roeiden dapper met alle kracht die ze hadden naar het oorlogsschip. Ze waren immers allemaal dochters van vissers, die opgegroeid waren met de geheimen van de zee. Op de één of andere manier lukte het hen tot bij het schip te komen en zelfs aan boord te geraken. Daar werden ze natuurlijk door de kapitein Ildebrando Goiran en zijn bemanning als heldinnen ontvangen.
Erina Simoncelli begreep echter dat er nog iets moest gebeuren, ze sprong in het koude water en slaagde erin om de trossen touwen naar het strand over te zwemmen. Hier konden ze die dan vastmaken zodat het schip niet meer kon wegdrijven.
Zo’n heldendaad zou na de oorlog beloond worden; alle meisjes ontvingen op 24/8/1919 de Bronze Militaire medaille van de Militaire marine. Erina zou zelfs met de eerste stuurman trouwen en naar Argentinië emigreren, waar ze dan ook gestorven is.
Op 18/11/1967, 50 jaar na deze heldendaad, onthulde de gemeente een mooie gedenksteen. Waarbij de toenmalige burgemeester uit Rome de toestemming gaf om het Romeinse symbool van de wolvin en Remus en Romulus op de gedenksteen te zetten.
Maar natuurlijk staan ook de namen van de 11 meisjes erop vermeld, 5 ervan waren zelfs zusjes en nichtjes van elkaar.
In 1987 verhuisde de steen naar Fano, waar het dan enkele jaren later verdween in het gemeentedepot. In 2007 ontdekte men het toevallig en verplaatste men die in het gemeentemagazijn van Mondolfo, om in 2011 gelukkig terug te keren in Marotta bij het strand.
Marotta is nu een gezellige badplaats , dat we beschreven in onze Photowalk van vorig jaar.
0 reacties