Serra San Quirico, een gemeente met iets meer dan 2000 inwoners, ligt prachtig tegen een heuvel, ademt een charmante middeleeuwse sfeer uit. Vorige keer bespraken we het museumcomplex in het Santa Lucia klooster. Deze keer krijgt de Santa Lucia kerk de hoofdpagina.
De eerste keer dat ik dit religieuze gebouw betrad, geloofde ik amper mijn ogen…zo’n weelderige barokke kerk in zo’n kleine gemeente ??? Zelfs Urbino of Ancona bezaten geen barokke juweeltje van dergelijke omvang. Bovendien verraadde de sobere buitenkant ook deze rijkdom niet. Hoe was dat mogelijk ? Een geleide rondleiding en wat opzoekingswerk gaven hierop antwoord !
De Santa Lucia kerk in Serra San Quirico dateert uit de 13e eeuw, hoewel de oorspronkelijke kerk tijdens de 16e en 17e eeuw werd afgebroken. De Silvestrini monnikenorde ( een tak van de Benecdictijnen) besloot in 1650 een nieuwe kerk te bouwen. De heilige Silvestro, een monnik die de naam aan de orde gaf, werd geboren in Osimo en leidde zijn leven in het gebied rond Fabriano. Deze orde was geen bedelorde: integendeel, ze waren behoorlijk rijk ! Eenmaal een bepaalde ouderdom bereikt, brachten veel bejaarde monniken hun laatste jaren door in het klooster te Serra San Quirico.
Hier konden de monniken beslissen of ze hun geld aan de orde wilden overlaten of het uitgeven aan de renovatie van het kerkgebouw zelf.. De meeste kozen voor het laatste ! Vandaar de weelderigheid van het huidige interieur, want er bestond natuurlijk concurrentie tussen de monniken voor wie het meeste schonk !
Het werd zelfs zo erg, dat tevens de sacristie, dikwijls een sobere plaats waar de priester zich omkleedt en de liturgische voorwerpen bewaard worden, rijke versieringen ontving.
We hadden de eer om deze verrassend mooie kerk te bezoeken onder leiding van Derek Barnes, één van de vrijwilligers die de kerk open houden voor bezoeken.
Bij het betreden van de kerk wordt men meteen overvallen door de pracht van de gouden muren, de versieringen en de details. Je weet niet waar je als eerste naar moet kijken… Derek bleek dan ook buitengewoon behulpzaam; hij liet ons veel details zien met bijbehorende uitleg.
De rondleiding startte met een kijkje op het imposante kerkorgel uit 1672 met als opmerkelijk feit dat het door al de eeuwen heen geen enkele verbouwing kende. Gewoon doordat men het hele orgel compleet was vergeten.
Om ons de details te laten zien, nam Derek ons mee naar de galerie waar het orgel stond en we konden de pedalen, de registers en het orgel van dichtbij bewonderen. Alleen de grote hendels van de balg werden tegenwoordig m.b.v. motoren aangevoerd, omdat het ontzettende spierkracht vereiste en door 2 personen bediend moest worden.
Na het orgel wist Derek ons bijzondere informatie te geven over de kerkbanken ! Elke bank droeg nog de initialen van de vroegere eigenaars. Bij eventuele concerten zitten de bezoekers op de kerkbanken, terwijl de plaatselijke bewoners zogezegd kiezen voor de meer oncomfortabele stoelen aan de zijkanten. Doch de laatsten weten wel waarom, want die kerkbanken waren helemaal niet gemaakt om er te zitten maar om er half zittend half knielend de mis te beleven.Tijdens de lockdown besloot Derek om de genummerde banken eindelijk weer eens allemaal op de juiste plek te zetten. Ze waren nl. genummerd van 1 tot 7. Hierbij merkte hij op, dat het cijfer 6 omgekeerd geschreven was. Waarom? “6 is het nummer van de duivel”, ontglipte het voor de hand liggende antwoord. Maar Derek vermoedde dat ze niet zoveel aandacht aan de duivel schonken. “Toen God de wereld schiep, wat schiep hij dan op de zesde dag?” vroeg hij. We herinnerden ons “de levende schepsels”. Precies, en om de mens eraan te herinneren dat hij feilbaar is in Gods schepping, is het getal 6 verkeerd gespeld, bedacht Derek.
Derek wees ons op de prachtige prachtige zijaltaren, versierd volgens de “scagliola” -techniek; een combinatie van gips en kleuren, waarbij de witte pleister de eerste laag vormt, vervolgens een gekleurde laag erop komt en de andere lagen worden verkregen door de delen te verwijderen die niet wit zouden moeten zijn.
De altaren zagen er allemaal hetzelfde uit, maar waren dat in feite niet. Derek liet ons de kleine details zien die elk altaar uniek maakte. We willen dan deze mooie verschillen dan ook niet verklappen… maar wie zoekt die vindt ! Des te meer een argument om de kerk eens zelf te bezoeken en de verschillen te ontdekken.
Natuurlijk besteedde men ook aandacht aan de heilige Lucia, de beschermheilige van de kerk: In het koor zorgde de schilder Pasqualino Rossi voor een hele Santa Lucia-cyclus op canvas. De schilderijen werden vermoedelijk gemaakt in Vicenza (Pasqualino Rossi was van daar) en vervolgens verplaatst naar Serra San Quirico. Het viel dan ook op dat de schilderijen niet altijd perfect pasten in de lijst waarin ze zich bevonden!
Het verhaal vertelt dat Lucia zich tot het christendom bekeerde en dat haar verloofde uit woede haar aangaf bij de Romeinse bevelhebber. Men wilde haar straffen door haar naar het bordeel te sturen, doch op één of andere manier lukte dit niet. Tenslotte martelde haar men verschrikkelijk en stak men hierbij haar ogen uit. De engelen droegen dan ook haar ogen op een dienblad toen zij naar de hemel rees. De iconografie van Saint Lucia toont dan ook altijd haar ogen op een dienblad.
Eigenlijk komt men woorden te kort om deze kerk te beschrijven, de Silvestrini-monniken bespaarden noch kosten noch moeite ! Overal waar je kijkt, is er iets dat je aandacht trekt. Zelfs de reliekhouders in de sacristie verdienen ieders aandacht!
We verlieten dan ook ietwat overrompeld door alle pracht en praal de Santa Lucia kerk. Ons inziens zeker de moeite waard om te bezoeken !
0 reacties