15 augustus vieren de meeste katholieke landen Maria Hemelvaart. In Italië betekent het ook de tijd van Ferragosto, de zomervakantie waarbij heel Italië op pad lijkt. De meeste fabrieken sluiten, ook veel winkeliers gaan dan op vakantie, kortom heb dan beter niets aan de hand.
De term Ferragosto is afgeleid van de Latijnse uitdrukking Feriae Augusti (rust van Augustus), een feestdag geïntroduceerd in 18 v.Chr. door keizer Augustus. Deze dag sloot nauw aan bij andere festiviteiten, die het einde van het landbouwactiviteiten betekenden. Het feest viel oorspronkelijk op 1 augustus, doch door toedoen van de katholieke kerk verhuisde dit naar 15 augustus, de religieuze feestdag van Maria-Hemelvaart.
Als kind ( mijn moeder kwam uit Piemonte), vierden we dikwijls Ferragosto in de Piemontese bergen bij het Maria-bedevaartoord Oropa. Soms te voet of met de bus ernaar toe, de mis volgen om daarna ergens in de bergen te picknicken.
Een zeer bekend Italiaanse Maria-bedevaartoord in le Marche is Loreto; best indrukwekkend als je deze stad van verre nadert: de basiliek op de heuvel domineert de hele omgeving. Het geheel geeft de indruk van een versterkte basiliek met dikke muren en torens…inderdaad tussen de 15 de en de 16 de eeuw heerste hier de voortdurende bedreiging van de piraten en de Turken.
Het verhaal wil dat de engelen in 1294, tijdens de nacht van 9 op 10 december, het geboortehuis van Maria in Nazareth definitief verhuisden naar een plek omgeven door talrijke laurierbomen of laurus. Oorspronkelijk verhuisd door de engelen van Palestina naar Kroatië om het huisje te beschermen tegen de Turkse invallers, om na wat omzwervingen uiteindelijk te belanden bij de laurierbossen, lauretum dat zou uitgroeien tot het bedevaartoord Loreto. Een mooi verhaal dat ontstond doordat één van de kruisvaarders die het gebouw per schip zouden vervoeren, Angeli heette. Toen ze aanmeerden in Ancona bleek de paus afwezig en nam zijn vervanger de bisschop van Recanati de beslissing waar het Mariahuisje zou belanden, nl. in de laurierrijke omgeving in de buurt van Recanati.
Loreto zou beginnen te groeien vanaf de 16de eeuw toen paus Gregorius de XIII een volledige aflaat ( hierdoor kon je je tijd dat je in het vagevuur verbleef, verkorten en zo sneller in de hemel komen) beloofde aan diegenen die naar Loreto kwam tijdens een feestdag gewijd aan de Heer of Maria.
We bezochten deze stad op een doordeweekse dag waardoor we gemakkelijk gratis parkeerplaats vonden bij de Via Fratelli Brancondi. Hier zijn het immers nog slechts enkele meters tot de 16de eeuwse stadspoort Porta Romana. Rechts heb je een mooie doorkijk en boven je hoofd zijn er rijk versierde fresco’s.
Eenmaal de poort voorbij belandden we op de piazza met het gemeentehuis uit de 16 de eeuw, de stadstoren uit de 17de eeuw en de buste van Garibaldi.
Via de Corso Traiano Boccalini, waar de meeste winkeltjes, restaurantjes en gelaterie zijn (vergeleken met Lourdes viel het echt mee)
kwamen we aan op de Piazza della Madonna. Een plein dat volledig harmonieert met de omringende gebouwen en de basiliek.
Om het Mariahuisje te beschermen startte men al reeds in de 15de eeuw met de bouw van een versterkte basiliek die pas 2 eeuwen later af zou geraken. Voor de kers op de taart zorgde de bekende architect Vanvitelli (afkomstig van een Nederlandse vader en reeds vermeld bij de Mole Vanvitelli in Ancona) met de sierlijke klokkentoren in de 18de eeuw.
Onze blik viel direct op het bronzen standbeeld van paus Sixtus V die Loreto stadsrechten verleende. Overigens was dit een Marchigiaanse paus, geboren in Grottamare.
Onder de bogengalerij zagen we biechtkapellen schuil die allen de naam droegen van een paus.
Aan de bouw van de basiliek en de binnenversiering werkten talrijke bekende kunstenaars, Baccio Pontelli realiseerde de grote versterkte torens, Bramante, Andrea Sansovino, Giuliano da Sangallo en Antonio da Sangallo il Giovane zorgden voor de façade, het ontwerp van het gebouw maar ook voor de prachtige 16de eeuwse marmeren schrijn rond het Mariahuisje; een meesterwerk van de Renaissance beeldhouwkunst met fragmenten over het leven van Maria en over het overvliegen van het huisje naar Loreto.
Binnen deze marmeren schrijn betreed je de binnenkant van het huisje van Maria, wetenschappers toonden aan dat de bouwstenen inderdaad uit Palestina kwamen, zelfs rond de streek van Nazareth. Ze waren gemaakt volgens een techniek dat men er 2000 jaar geleden toepaste.
Bij het binnengaan werden we meteen stil, want veel mensen waren er aan het bidden voor het beeld van de zwarte madonna. Het bleek echter niet meer de originele te zijn, want die vernielde een brand in 1921. Het nieuwe beeld gemaakt uit Libanese cederhout werd gekroond in 1922 door de paus in Rome om daarna naar Loreto te gaan.
Ook de niet gelovigen en de kunstliefhebbers komen in de basiliek aan hun trekken: boven de marmeren schrijn bevindt zich de 15de eeuwse koepel , rijk versierd met 19de eeuwse fresco’s van Cesare Maccari. De oorspronkelijke fresco’s van Roncalli (de Pomarancio) verdwenen helaas met de tijd.
De San Marco sacristie met de kostbare fresco’s van Melozzo da Forlì uit de 15de eeuw, de San Giovanni sacristie met de bijzondere fresco’s van de toen nog jonge Luca Signorelli en de indrukwekkende Duitse of koorkapel prachtig versierd door de Duitse kunstenaar Ludovico Seitz einde 19de eeuw.
We wandelden nu rechts van de basiliek richting de Porta Marina, waar de torens, bastions en versterkingsmuren goed zichtbaar werden.
Buiten deze stadspoort genoten we van het mooie uitzicht . Hier eindigt normaal de Heilige Trap die ook langs een Pools militair kerkhof loopt. Doch nu was de trap afgesloten wegens bouwwerken.
We gingen verder langs de buitenkant van de basiliek en bereikten een opgezet vliegtuigje ter ere van Maria van Loreto, de beschermheilige van de luchtvaart .
Iets verderop merkten we het bronzen standbeeld op van paus Johannes de XXIII.
Om te eindigen bij een groep modern gebeeldhouwde vrouwen uit vergulde brons. De maker ervan een zekere Floriano Ippoliti in 2015. Het stelt de Visitatie scène voor of het moment dat de zwangere Maria samen met haar moeder Anna haar zwangere nicht Elisabeth bezoekt.
Om de talrijke pelgrims van genoeg water te voorzien, zorgde men voor een vernuft systeem van watertoevoer, via een aquaduct en talrijke fonteinen. Meerdere zijn nog zichtbaar en werkzaam, wij vonden die van de Fonte della Croce ook wel de Coste D’Ancona genoemd. Hier al vanaf de 16de eeuw om de dorstigen te laven maar ook hun reisdieren en /of zijn vuile kleren te wassen.
bij het weggaan bleef Loreto nog heel lang zichtbaar al was het maar door het hoge koperen Madonnabeeld dat sinds 1891 bovenop de koepel prijkt.
Wist je dat:
- op vele plekken in le Marche tijdens de nacht van 9 op 10 december het overvliegen van het huisje naar Loreto door het aansteken van vreugdevuren wordt herdacht. Lees ons vroeger artikel maar.
- dat men normaal ook een mooie wandeling op de rondelen kan maken, doch niet in 2020.
- dat in Hoeselt (Belgisch Limburg) een kopie staat van het Mariahuisje van Loreto in de kluis van Vrijhern.
0 reacties